Andreas Schotel gravelrit

De sloten in de polder staan tot het randje vol. De steltvogels staan tot hun buik in het water in de meer dan drassige weilanden, de regenton in de tuin loopt borrelend over. Gisteren heeft het heel de dag gehageld en geregend met af en toe een gemene onweersklap. De voorspelling voor morgen is niet veel beter, regen, waterkoud en pleuris veel wind. Morgen staat namelijk de “Andreas Schotel” rit van 61km door het Brabantse land op de planning. Er wordt dan ook druk heen en weer geappt tussen Pulluh en Dijkx over het doorgaan van deze veelbelovende rit. Om 18:00 uur wordt de knoop doorgehakt met het argument “slechter dan vandaag kan het bijna niet”, witte rook dus. Andreas, is een Rotterdamse kunstenaar die in het Brabantse landschap diverse schitterende kunstwerken heeft neergezet, deze route gaat langs al deze prachtige kunstwerken. Spoiler alert, we hebben geen kunstwerk gezien. Of Pulluh en Dijkx zijn oud en blind, of Andreas is overleden en zijn erfgenamen hebben de kunstwerken opgeëist en laten weghalen, of de routebouwer had een ernstig zware black-out gehad tijdens het maken van deze route. Om tien voor half tien, vijf minuten later dan afgesproken rijdt de volledig opgeladen elektrische bedrijfsauto van Pulluh voor bij Dijkx. Er wordt nog wat schuimrubber uit de Mondeo gehaald om de fietsen professioneel en veilig op de superhandige drager van Pulluh te monteren. Na vijf minuten op de snelweg zijn we één stuk schuimrubber al kwijt en moet er gestopt worden bij Rotterdam Zuid om een vergeten dragerband alsnog te monteren. Pulluh accelereert als Max van 0 naar 110 in 2 seconden, een actie die hij later moet bekopen. Buiten de vergeten dragerband en het verloren schuimrubber doen zich geen noemenswaardige incidenten meer voor, behalve dat Pulluh de bekertjes voor de koffie is vergeten ☹️. In Goirle aangekomen besluit Pulluh wat bekertjes te “lenen” bij een tankstation. Schichtig kijkend en de bekertjes achter zijn rug houdend, stap Pulluh snel de auto weer in en rijdt met piepende banden weg. Heb ‘ie die bekertjes gejat vraagt Dijkx, “nee hoor netjes gevraagd” zegt Pulluh, ja ja. De auto wordt geparkeerd of de Werft, 6 centimeter van Wouter zijn huis. We bellen nog ff aan bij onze favoriete en trots kijkende Brabander voor een meet en greet. Trots kijkend omdat hij tegenwoordig de trotse eigenaar is van een spik splinter nieuwe Santos MTB met Rohloff naaf. Pulluh moet voorop want hij krijgt vandaag GPS les, het gaat hem gelijk al goed af want binnen de kortste keren zitten we op de geplande route. Zijn Garmin doet het als een zonnetje. Een zonnetje is er echter in Brabant niet te zien. Zware bewolking, die langs de hemel raast, voortgestuwd door de stormachtige koude Zuidzuidwester wind. Het is gelukkig wel droog en van de kou hebben Pulluh en Dijkx geen last. Pulluh is uitgerust met een spiksplinter nieuwe jackie voorzien van de laatste anti koude technieken, voor de rest hebben beide MTB’ers hun wintersport handschoenen van zolder gehaald en geïnvesteerd in warmte pleister van de Decathlon. Een nacht in Antarctica zouden ze allebei met gemak overleven. De eerste meters van de route voert ons gelijk al over een landelijk blubber pad geflankeerd door oeroude knotwilgen. Behalve de niet aflatende stormachtige tegenwind is het gelijk al genieten van de omgeving. Al snel voert de route ons door een sprookjesachtig stuk dennenbos waar we van de wind geen last hebben. De ondergrond is sompig van de vele regenval van de afgelopen dagen. Na het dennenbos opent het landschap zich plotseling en komen we bij de oorsprong van de Nijl. Woest stromend baant het water zich een weg door het vochtige Brabantse landschap. Alles wat niet vast zit wordt meegesleurd door deze woeste stroom. Een blubberig spoor van 4 centimeter breed kronkelt zich langs de Nijl. Pulluh en Dijkx zijn op en top geconcentreerd om niet in de Nijl te verdwijnen, al glibberend en glijdend lukt het beide om veilig het eind van het spoor te bereiken. Het spoor eindigt en wordt breder alleen zijn nu de blubberige tractor sporen van een meter diep het probleem. We kunnen ff bijkomen op een stukje asfalt van 500 meter. De glibberige route gaat verder tussen een hek van prikkeldraad en een andere snelstromende rivier. Dijkx zijn voorwiel slipt weg en Dijkx verdwijnt in het prikkerdraad. Gelukkig geen erg, alleen Pulluh moet Dijkx redden omdat zijn regenjas is vastgegrepen door het gemene prikkeldraad en niet meer loskomt. Alleen met kleerscheuren kunnen we al snel de route weer vervolgen. Al snel zitten we weer in één van de veel voorkomende dennenbossen en genieten van de windstilte en van de mooie rustgevende omgeving. De Andreas Schotel route doet zijn naam nog geen eer aan want we hebben nog geen kunstwerk gezien. Al dat gehardloop van Pulluh werpt zijn vruchten af, Pulluh raast door het bos, Dijkx kan hem amper bijhouden, pff wat een tempo. Na nog een aantal blubberige maar schitterende paden bereiken we landgoed Utrecht, niet te verwarren met de provincie Utrecht. In de verte, hoog boven de bomen, torent de Eifeltoren boven het gebladerde uit. Eenmaal in de buurt gekomen blijkt dit niet de Eifeltoren te zijn maar uitkijktoren D’n Flaes. Tuurlijk moeten Pulluh en Dijkx naar boven, alleen wat blijkt, alleen na het betalen van een Euro kan je naar boven. Wat een teleurstelling, wie heeft er nu nog een euro op zak tegenwoordig (behalve de vossenjagers natuurlijk). In de buurt van de toren zijn wat Brabantse werklui bezig. Pulluh gooit zijn Zuid-Hollandse charmes en communicatie technieken in de strijd en binnen de kortste keren wordt het draaihek voor ons opengemaakt en na een zware klim kunnen we genieten van het zeer winderige maar schitterende uitzicht op deze bijna 200 meter hoge toren. Boven op de toren heeft een moeder haar kind met een riem vastgemaakt anders waait het weg. Door zuurstof tekort van de wind en de grote hoogte moeten we al snel weer afdalen en vervolgen we onze route. Wat een geweldig afwisselende route, moerassen, bossen, weilanden, deze route heeft alles, behalve kunstwerken. Ineens staan we voor het Victoria meer met half verdronken bomen en talloze met mos begroeide eilandjes. Als je je ogen dicht doet zie je de nijlpaarden en olifanten grazen op de drassige oever van dit meer. Als je nog beter kijkt zie je ook diverse giraffen genieten van de verse sappige blaadjes in de toppen van de bomen. Na 45 kilometer beginnen we trek te krijgen en wat wil, een bord met “ Het Jachthuis”. We moeten een klein beetje van onze route afwijken en overschrijden de Belgisch Nederlandse grens. Het Jachthuis ligt in België. Ook hier knopen we een gesprek aan met de “locals” en blijkt de eigenaar een Rotterdammer te zijn. Er wordt Erwtensoep met brood besteld en Pulluh neemt er een Belgisch biertje bij. Na een beste maaltijd pikken we de route weer op en rijden over de natuurbegraafplaats Utrecht. Met wat moeite kunnen we de her en der begraven lijken kundig ontwijken. Het begint nu ook te miezeren wat de hele omgeving een griezelige atmosfeer geeft. Zonder de doden verstoord te hebben rijden we weer richting Goirle. Bij Breda staan we nog een tijd stil in de file. Pulluh wordt ook nog gestraft voor zijn roekeloze rijdgedrag van eerder die dag. Net na Breda geeft de auto aan nog 71 kilometer te kunnen rijden op de huidige batterij lading. Bij Dordrecht moet de auto nog aan de snellader.
Was echt een superrit vandaag, voor herhaling vatbaar. Het weer viel ook reuze mee. Pulluh bedankt voor je gezelschap en de autorit.