Gravel, nou ja gravel. Met de meiden

Na een week vol regenbuien en gure buitentemperaturen is de voorspelling voor morgen, droog met een overvloed aan wind. Heel wat beter dan de afgelopen dagen. De thermometer in de auto geeft 15 graden aan, pfff veel te warm aangekleed natuurlijk. Na het inladen van de fietsen staat het zweet al op mijn rug. De Vlaamse Gaai in onze tuin veegt de zweetdruppels van zijn voorhoofd na het pellen van een olienoot. De tulpenbollen gepoot net onder de potgrond komen polshoogte nemen in de veronderstelling dat het lente is. De Nieuwjaarsduik overmorgen wordt afgelast door gebrek aan uitdaging. Vandaag staat de zorgvuldig geplande route rondom Chaam op de agenda met Post, Heleen, Pulluh, Gineke, Sam en Dijkx. Als de temperatuur al niet gek genoeg is voor de tijd van het jaar, is Post ook nog gewoon op tijd, gekker kan het toch niet worden? Pulluh en Gineke vertrekken direct vanuit Portland. Pulluh heeft mazzel met de temperatuur, nu hoeft de stoelverwarming niet aan in zijn elektrische bak en heeft hij een kans om zonder opladen naar Breda en terug te rijden. De Matrixsborden op de Moerdijk brug staan te knipperen om ons te waarschuwen voor de extreme harde wind. Een binnenvaartschip verdwijnt om de paar seconden bijna volledig onder de door de stormwind opgezweepte golven, alleen het topje van de mast is soms nog net te zien. De ietwat instabiele fietsendrager van Post heeft het zwaar te voorduren op de Moerdijkbrug, geteisterd door de wind, zwalken de twee mountainbikes gevaarlijk heen en weer. Zonder ongelukken komen we aan op de Erikaweg in Strijbeek. De Erikaweg mag de naam “weg” eigenlijk niet dragen want het lijkt meer op een maanlandschap, vol met kraters en putten. Zonder onze uitlaat te verliezen komen we dan toch aan op de startplek midden in het bos. De 15 graden voelt in Brabant toch anders dan in Zuid-Holland. Heleen en Sam hebben het koud. Gelukkig arriveren Pulluh en Gineke al heel snel en worden we getrakteerd op koffie (met bekertje) en oliebollen, zelfs de poedersuiker is niet vergeten. Opgewarmd door deze onverwachte verrassing gaan we op pad maar niet nadat Gineke een stil plekje in het bos heeft opgezocht om haar traditionele plasje te doen. Pulluh in korte broek, de rest gaat op pad met lange broek en handschoenen. Na 200 meter moet er al gestopt worden om een laag kleding bij Pulluh in de rugzak te dumpen. Na weer 500 meter weer een stop, de rugzak van Pulluh bolt op. Dat het twee weken bijna non-stop heeft geregend is goed te merken aan de ondergrond. Zelfs de Brabantse zandbodem is verzadigd en spuwt het overtollige water uit. Plassen zo groot als een kleine binnenzee blokkeren onze route. Al snel kraken onze fietskettingen als botten bij een chiropractor, zelf de peperdure chain lube van Pulluh helpt hier niet tegen. Als de gigantische plassen al geen uitdaging zijn, zijn het de oneindig lange blubberstroken wel. Al glibberen en glijdend verdwijnen onze wielen soms tot de assen in de Brabantse blubber. Onze kettingen worden automatisch gesmeerd door deze glibberige grijze natuurlijke chain lube en het kraken stopt. Post met zijn gladde voorbandjes mag van dichtbij kennismaken met deze blubberige blubber als hij onder hoongelach van zijn mede MTB’ers twee keer onderuit gaat. Een hongerige, op de overvloedig aanwezige thermiek zwevende gier, herkent de zwakste in het gezelschap en houdt Post scherp in de gaten. Azend op de volgende val blijft de gier waakzaam boven ons hangen. De route voert ons niet alleen over blubberige paden maar gaat door schitterende dennenbossen en over oneindige mooie heide vlaktes. Post heeft zorgvuldig onderzoek gepleegd naar de beste plek in België om gezellig een bakkie en een happie te doen. In Nederland is alles immers dicht. Elk mogelijk medium is geraadpleegd om ons het beste van het beste voor te schotelen. We moeten er vier kilometer voor omrijden maar dat is natuurlijk geen probleem om dan uiteindelijk in zo’n geweldige tent te kunnen lunchen. De keuze is gevallen op Café de Posthoorn in Meerle. Trots navigeert Post ons vakkundig naar het betreffende café. HELAAS, daar eenmaal aangekomen bleek het één grote bouwval te zijn, die al zeven jaar geleden gesloten is. De grijze troosteloze gordijnen vol brandgaten hangen scheef achter de smoezelige vervuilde ramen. De verf op de poepbruine luiken is al jaren aan het afbladderen. De klimop aan de zijkant van het gebouw heeft geen goed gedaan aan het voegwerk van het pand. Scheef aan de gevel hangt nog een oud, door de tand des tijds aangetast reclamebord van Leffe. De roestige satelliet ontvanger heeft ook zijn beste tijd gehad. De omgeving is compleet uitgestorven, geen Belg op de deprimerende straat te bekennen. Post heeft nog een alternatief, iets verder op in deze troosteloze Belgische straat, helaas ziet deze tent er ook niet echt aantrekkelijk uit en gaat om vier uur in de middag pas open. Bij de plaatselijke bakker wordt er dan maar een cupcake en krentenbol besteld, die trouwens wel goed te eten zijn. Na wat omzwervingen door sprookjesachtige wouden en paadjes over het soms heuvelachtige landschappen en snelstromende rivieren komen we aan bij het Capucijnenklooster in Meersel-Dreef. Hier kunnen we tussen de honderden zwaar gelovigen nog net een plekje veroveren in het oude klooster “de Zevenster bij de paters” voor een biertje en een kop koffie. Niks geen lockdown hier in België, de hele bevolking van Meersel-Dreef zit een drankje en een hapje te doen in dit oude, tot café omgebouwde, klooster. Wat een contrast met de Posthoorn een paar kilometer terug. Overal om ons heen hangen kruizen en Mariabeelden, wat het geheel een aparte sfeer geeft. Eenmaal weer buiten brengt Heleen nog een bezoekje aan het plaatselijke kerststalletje en poseert op een ietwat vreemde manier vlak naast Maria voor een leuke facebook foto. Ietwat stram maar voldaan stappen we uiteindelijk weer op de MTB voor het laatste stukkie van de rit. Gineke is in opperbeste stemming na de Westmalle triple die ze heeft weggetikt in het klooster. Heleen knikt nog even naar één van de vele Mariabeelden en dan zijn we al snel weer in Nederland. Als kers op de taart voert de route ons nog over een adembenemend mooi kronkelend pad door een oogverblindend mooi heide gebied met beeldschone vennetjes die het licht van de inmiddels ondergaande zon surreëel reflecteren. Woorden schieten hier te kort, er wordt dan ook een groepsfoto gemaakt om dit moois voor eeuwig vast te leggen. Na enige verwarring komen we weer bij de auto’s aan. De vuile fietskleren worden omgewisseld voor schone joggingbroeken want we gaan nog wat drinken bij Gineke thuis. Weinig omkleed gelegenheid hier op deze parkeerplaats. Een Brabander die net na een fijne wandeling door de Brabantse bossen in zijn auto stapt om weg te rijden, krijgt dan ook de schok van zijn leven als Sam zonder schroom haar fietsbroek verwisseld voor een joggingbroek. Zijn vrouw houdt haar handen voor zijn ogen tot Sam klaar is.
In Portland krijgen we een warm welkom in de woning van Gineke met Wijn, chips en borrelnoten. Niet veel later zitten we te genieten van de heerlijke erwtensoep met roggenbrood en ham. Ook is er tomatensoep rosbief en salade. De dag wordt afgesloten met een lekkere bak koffie met chocolade.
Dank voor de gastvrijheid en de gezellige dag.

Auteur: Dijkx