Siem in Limburg

Na een enkele (fiets)schermutseling hier in / vanuit Eijsden kwam het vandaag even uit om een echt rondje te doen.
Voor diegenen die het leuk vinden eea te lezen, ga je gang. Johan, delete dit appie gelijk maar 👋🏻👋🏻

Zaterdag hoewel had ik wel een ritje op de mtb gedaan, zonder eerst echt zin te hebben. Gaandeweg op de keienpaadjes en op en langs bekende stukjes kwam de lol wel een beetje terug. Zelfs nog een leuke beklimming (Koetsweg) gedaan (vandaar dat gekke lusje op Strava, ivm afgesloten stuk) maar een serieus rondje was het eigenlijk niet.
Moet fietsen ‘serieus’ zijn dan ? Het gaat goed ons toch vooral om de lol in het fietsen op zich en te genieten van de speciale plekjes waar je komt ?
Dat is wel zo, maar als je gewend bent om dat alles net een tikkie sneller / harder te doen is het toch een beetje anders…..
Dinsdag was ik een ‘serieus’ rondje op de ouwe Araya van plan. Maar net Eijsden uit en de Maas over ontdekte ik dat ik m’n mobiel met alles erbij (ID, telefoonnr Janneke, wat geld enz. ) vergeten was. Dan maar beetje vlak via Maastricht weer naar Eijsden terug. Want stel je voor dat ik halverwege een klim ompleur ? Voordat ze dan weten dat ik Siem Wijnhorst ben zijn ze een dag verder….. dus dat risico maar niet genomen.

Vandaag dus wel de dag voor een echt rondje.
De Araya had ik samen met Hannah helemaal gepoetst en stond te glimmen op het plaatsje.
Bandjes niet te hard opgepompt, want het Belgische asfalt is niet overal zo glad als een biljartlaken.
Met een schoon kledingsetje stap ik op en fiets Eijsden uit, richting Visé. Een klein stadje met een klein oud centrum en wat horeca, maar niet bijzonder. Bovendien omsloten door industrie. Dus niet echt een bezoek waard, beter er omheen te tuffen.
En dat lukt aardig, ondanks de gebrekkige route info maar geholpen door mijn voor-richtingsgevoel.
De rivier Maas heeft hier een stuk of 3-4 armen (1 brede bevaarbare arm) dus je moet soms een paar keer een brug over. Alleen op gevoel doe je er soms een te veel of te weinig en kom je op een andere route uit. Ook dat maakt mij niet uit want ik ga gewoon een stukkie fietsen en kom toch wel weer thuis.
Maar per ongeluk kom ik op een prima fietspad van betonplaten, dat meandert mooi met zo’n Maas-arm mee.
Ik stop nog even om een Airedale terrier te aaien (dat ras is aardig vertegenwoordigt in deze streek) en vervolg mijn weg.
Ik blijk op een soort toeristische kersenroute of zo te zitten. Hoe is dat mogelijk in dit industriële gebied ? Overal om me heen stalen constructies, pijpen, buizen, schoorstenen, ketels en fabriekshallen. Maar het zal wel.
Ik kom op een serieuze kasseistrook die in niets eindigt. Grapje van de routebouwer zeker ?
Het doel was wel een beetje via Aubel te rijden, dus van lieverlee wil ik wel weer een beetje van de linksafferige.
Dat lukt en na weer een viaduct en rotonde, waar Post zonder twijfel de Rijksweg op zou schieten (niet heel raar, want je rijdt regelmatig op een weg die zonder je het goed en wel beseft ineens op een rotonde uitkomt waarop je dan zo de oprit van een Rijksweg op kan rijden, zonder een goede waarschuwing) rij ik een pittige klimmetje op : col de Sarolay zie ik later op Strava.
Nou pittig, in wielertermen niet echt een ‘loper’. Of ze moeten bedoelen dat je inderdaad net zo goed af kan stappen. Pokkestijl is ie. Achteraf heeft ie ook in de Klimclassic 2019 gezeten, maar ik kon hem me niet herinneren.
Na nog een aardig stukkie zuidwaarts te hebben gereden begin ik me af te vragen of er nog wel een keer een afslag naar links komt.
Uiteindelijk komt die afslag er: naar Blechny. Een oude mijnwerkersstad met nog een niet in bedrijf zijnde maar wel een voor toeristen werkende mijnschaft en -lift. Mij niet gezien !
Vanaf hier staat Aubel aangegeven, en dat volg ik dan braaf.
Uiteraard volgen er nog wat klimmetjes, sommige zodanig dat je je afvraagt hoe iemand er bij komt profwielrenner te willen worden en sommige die ik wel kan verteren. Goed dat ik nog even de schakelkabels had gesmeerd want die plooien en trekken dat het een lieve lust is.
Ik passeer Val Dieux, een middeleeuwse Abdij waar de echte monniken superlekker bier brouwen en kaas maken.
Maar geen zin voor een pauze, ik rij door naar Aubel.
De klim vanuit Aubel omhoog is pittig maar bekend.
Nu de eerste afslag rechts naar Teuven en dan daarvandaan de klim weer omhoog naar ‘het rode bos’. Mis, onderaan in Teuven is de weg opgebroken. Zin om te klunen heb ik niet dus de afdaling weer omhoog, het is toch de laatste serieuze klim.
Bij de Plank de snelle afdaling en nu via ‘s Gravenvoeren terug naar Eijsden. Ik pak toch nog het klimmetje ‘s Gravenvoeren uit en niet de vlakke homosuele route langs Mesch.
In Eijsden aangekomen plof ik neer op een stoel van restaurant La Meuse en laat me verwennen met een superlekkere cappuccino en rijstevlaai. Heerlijk ! Ik blijf nog ff zitten en bestel zelfs een cola.
Ik ben toch wel beetje klaar van dit ritje. Dat bedoel ik nu : een jaar of 2 geleden zou ik al lang weer zijn opgestapt voor lus 2. Maar nu even niet 😩, alleen nog de 200 m naar de voordeur van het vakantiehuis !

Auteur: Siem